We hebben wat afgemoterd onderweg. Veel tegen de lichte Oostenwind in gemotorsailed of vanwege een totale blakte op de motor gevaren. Vrijwel na iedere tocht de dieselvoorraad aangevuld ‘kun je tanken dan doen’, is ons devies. Niet meegenomen in de begroting vooraf, maar wel een aanzienlijke post, wij verbruiken met onze 17 hp Volvo Penta 1.5 L per uur, dus iedere 2 vaardagen 20 L á 30 eu.
Dat tanken gaat soms makkelijk, maar vaak ook niet. De jachthavens in het Oostblok hebben meestal geen eigen dieselpomp. Wij tanken alleen als heel duidelijk is dat de brandstof bedoeld is voor jachten. Twijfelgevallen, bedoeld voor de visserij, wij beginnen er niet aan. We willen voorkomen dat een teveel aan verontreinigingen, roest en dergelijke, onze leidingen en filters verstopt. We hebben niet heel scherp op de kleur van de brandstof gelet, dat gaat vaak ook niet met het pistool in de tank, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat het niet altijd groen was.
Dus vaak met het tankje (20 L) achterop de vouwfiets gewoon tanken bij een tankstation. Een absolute aanrader is dan een of andere manier om de diesel vanuit de reservetank zonder morsen in de vaste tank te krijgen. Wij hebben daarvoor een slang gebruikt die aan een kant een ventiel heeft. Een paar stotende bewegingen in de tank met de slang en de brandstof komt omhoog, totdat ze over het dode punt heen is en de diesel als gevolg van de ‘wet op de communicerende vaten’ vanzelf gaat stromen.
Vlak voor ons vertrek zijn we door de havenmeester van onze jachthaven Lunegat (Rob bedankt!) getipt om een biocide te gaan gebruiken om verstoppingen als gevolg van bacterievorming te voorkomen.
We hebben één keer duidelijk gezondigd hebben tegen bovenstaande veilig tanken ‘principes’, op Ruhnu (zie blog ‘De mensen van Saaremaa en Ruhnu!?!’). Prompt enkele dagen later, een slijmerige stroopachtige substantie onderin de reservetank (nog niks toegevoegd) en veel zwevende deeltjes, roest.
In de waterkampioen van deze week (No 17) staat een artikel over Dieselbacteriën waarin allerlei ingewikkelde technische manieren genoemd worden om bacterievorming in de tank te voorkomen. Een 2e tank inbouwen (belachelijk) of allerlei extra filters (kan), maar preventief een additief toevoegen wordt niet genoemd.
Een additief is duur in aanschaf maar er is heel weinig van nodig per volle tank, wij hebben de hele reis geen enkel probleem gehad met de brandstofvoorziening. Ik zou het maar doen, preventief een additief toevoegen, bijvoorbeeld Diesel Plus.
Geef een reactie